Terwijl er al spanning in de lucht hangt, komt Dirk als achtste kind en vijfde jongen op 11 augustus 1913 ter wereld. Heuff draait op volle toeren en mechaniseert wat er te mechaniseren valt, tenminste voor zover het geld opbrengt. Hij gaat graag naar school en is een gewiekste leerling. De bovenmeester staat dan ook al gauw bij zijn vader Dirk sr. op de stoep om te zeggen dat Dirk jr. moet doorleren. Die boodschap bevalt opa helemaal niet. Meenhorst mag maar net binnenkomen, maar krijgt gelijk te horen: “ze motte allemoal werke, dus Dirk goa ok werke, der kom niks van in, en doarmee uit”. Discussie gesloten, de meester gaat onverrichter zake naar huis, met de deksel op zijn neus en is ontstemd over de starre houding van die stoker. Maar opa’s wil is wet. Toch wel een ‘keijn’, maar erg lief en bezorgd voor zijn gezin.
Ook oom Dirk doorloopt alle werkzaamheden die op de oven maar te bedenken zijn. Hij begint ‘illegaal’,hij is eigenlijk met zijn 13 een jaar te jong om te mogen werken, je moet 14 zijn volgens de wet. Maar er is niemand die daarom maalt of controleert.
Hij heeft dan al een oogje laten vallen op de vrouw van zijn dromen Maria van Anrooy. Maria is van 24 juli 1915, Ze wordt zus genoemd en hij trouwt haar op dertien augustus 1942 in Herwijnen. Ze betrekken een klein huisje aan de Waaldijk in Herwijnen, kijken uit over de waard tot aan de Waal. Dirk blijft echter in Vuren werken, tenminste zo lang als het duurt. Het is oorlogstijd. In ’43 is hij zelfs turfdroger. Op het kantoor in Gorcum is niets meer te doen. Heuff stuurt dan zijn klerk De Rover naar Spies die hem aan het trufdrogen zet. Hij wil zijn kantoorhulp niet kwijt, maar hij moet wel zijn geld opbrengen.
Dirk kan verdwijnen. Hij gaat in Bommel naar de arbeidsbeurs en maakt duidelijk dat hij wil werken voor zijn brood. Hij komt dan in dienst bij de Nederlandse Heidemaatschappij. Hij krijgt een ploeg van 15-16 man onder zich en doet daarmee boerenwerk als aardappelen rooien, spitten enz. in de wijde omgeving. Op het einde van de oorlog wordt Dirk door de gemeentelijke instanties verzocht dienst te nemen in de Binnenlandse Strijdkrachten. Zijn leidende functie bij Heidemaatschappij hebben de autoriteiten kennelijk op zijn spoor gezet. Hij is opgevallen door zijn wijze van functioneren. Hij krijgt de rang van sergeant, heeft echter geen militaire opleiding. Zelf vraagt hij in de keuken te mogen werken en later als fournisseur.
Maar nee, hij moet met manschappen werken, leiding geven, hij gaat met ze marcheren, schieten en voor dag en dauw al
sporten. Op het fort is hij betrokken bij het begeleiden van de gedetineerden en moet die vaak weg brengen naar andere plaatsen en andere instanties. Zo
herinnert hij zich de busreis naar Den Helder. De reis, het vervoer is nog uiterst gebrekkig, verloopt niet vlot. Hij vraagt zich af of hij die dag nog wel
thuis kan komen.
Maar via Den Haag en Rotterdam is hij ’s avonds toch om half acht in Herwijnen, bij tante Zus die zich al bar ongerust heeft gemaakt. Bij de
B.S. blijft hij 2 jaar en dan is het weer voorbij en krijgt hij eervol ontslag. Iedereen is zeer tevreden over de sergeant. Hij doet zijn werk voor 100% en is
uiterst gezagsgetrouw. Ook Jo de Leeuw werkt administratief op het Fort. Hij kan Dirk de wachtcommandant, vanaf zijn
bureau net zien. Op een keer meldt hij zich telefonisch als ‘de commandant’, de hoogste baas. Oom Dirk pakt de telefoon, springt in de houding en meldt zich als “sergeant"
Keijnemans: "Wat is er van uw
orders majoor”.Grote pret, ik denk dat Jo het nooit aan Dirk verteld heeft. Achteraf gezien zegt Dirk over de B.S.tijd: “ Ik had daar moeten kunnen
blijven, het verdiende twee keer zo goed als in mijn andere werk. Ik had het buitengewoon naar mijn zin”.
Daarna verleent hij ook nog zijn diensten bij de herbouw, reparatie van de Zaltbommelse brug. Deze is in de oorlog gebombardeerd. Een hoogstandje van zijn kunnen, nieuwe spanten stellen.
Tijdens de oorlogsjaren hebben Dirk en Zus niet veel haast met kinderen, Ria wordt niet voor 28 september 1947 geboren als dochter van de sergeant.
a. Catharina (Ria) Keijnemans geboren op 28 september 1947 in Herwijnen .Zij werkt enkele jaren op kantoor bij Heuff in Vuren, angstvallig in het oog gehouden door haar vader.
Zij trouwt op 23 december 1966 met: Dirk de Kock, die van 3 februari 1943 is. Dick komt op weg naar zijn werk als lasser, in dichte mist om het leven door een tragisch ongeval op 2 februari 1973, na een huwelijk van slechts zeven jaar.
Op 31 juli 1975 treedt Ria in het huwelijk met: Roelof van Dalen, op 21 november 1943 te Brakel geboren. Met hem hebben we een echte kapitein op de koopvaardij in de familie.
Kinderen uit het eerste huwelijk zijn:
* Maria Janna (Rianne) de Kock, adviseuze grootkeukeninrichting, woont in Breda en is gehuwd met Vincent Veldink.
Hun kinderen heten Kris en Sven Veldink
* Esther de Kock d.d.09-08-1971, is medewerkster in een supermarkt en woont in Vuren.
Uit het tweede huwelijk wordt geboren:
* Tanja van Dalen, d.d. 31-05-1976, zij is medewerkster Communicatie en marketing
Terwijl Maria al op 29 september 1993 overlijdt, geniet oom Dirk al jaren van een welverdiende rust en een goede verzorging in Huize Avondlicht in Herwijnen, alwaar hij op 29 april 2010 overlijdt.